Terugblik: Bezoek Elif Malkoclar van CRAAFTS

Wie droomt er niet van klanten te hebben als Chanel, Chloe, Stella McCartney? Elif Malkoclar niet, ze wilde architect worden. Daarvoor verhuisde ze op achttienjarige leeftijd van haar geboorteland Turkije naar Florence om te gaan studeren. Maar na haar studie nam haar leven een wending en twintig jaar later werkt ze voor nagenoeg alle luxe fashionbrands. Op uitnodiging van Crafts Council Nederland was ze eind maart in Nederland, om te vertellen over haar studio Craafts en om een masterclass te geven.

De unieke catwalk pieces waar de grote merken hun collectie aan ophangen zijn vaak van Elifs hand, net zoals de bijzondere accessoires als tassen, riemen en schoenen. Haar specialiteit is haken en macramé. Deze eenvoudige technieken heeft ze met technische hoogstandjes en bijzondere toepassingen tot ware kunst verheven.

Ze begint haar lezing met een duizelingwekkend aantal foto’s, een greep uit wat ze de afgelopen jaren heeft gemaakt voor Chloe, Chanel, Alexander McQueen, tja, voor wie niet. Maar weinig mensen kennen haar verhaal, laat staan dat we weten wat er letterlijk van haar hand komt. Als je aan haken en macramé denkt, denk je niet zo snel aan luxe producten. Haken doe je met slechts een haaknaald, en voor macramé, de knooptechniek, gebruik je alleen je handen. Maar het vakmanschap van Elif is ongekend. Waar heeft ze dat geleerd en hoe bouw je een bloeiend bedrijf op in de high-end fashion industrie? Het begon allemaal twintig jaar geleden, met een gehaakte tas voor Yves Saint Laurent. Maar eigenlijk was het zaadje al in haar jonge jaren geplant.

Elif houdt er van om dingen met haar handen te maken, het zit in haar bloed. Ze leert als kind van haar oma haken, voor veel meisjes was dat in die tijd de gewoonste zaak. Zo wordt ze spelenderwijs al op jonge leeftijd handvaardig. Na haar studie architectuur maakt ze kleine series accessoires, die ze verkoopt op de jaarlijkse crafts fair in Florence. Gewoon, omdat ze houdt van dingen maken. Van de flow die het maken met zich mee brengt, haar hoofd is vrij, haar handen denken en doen tegelijkertijd, als vanzelf.

Haar talent wordt opgemerkt door een Amerikaanse, zij vraagt Elif om te helpen met de productie van handgemaakte objecten. Ze krijgt een adres, even boven Florence, waar ze materialen kan halen. Terwijl haar aanstaande man buiten in de auto op haar wacht, wordt binnen aan Elif gevraagd of ze 5000 gehaakte tassen kan haken, hiervoor krijgt ze drie maanden de tijd. ‘Nee’, zegt ze, dat gaat echt niet. Maar haar moeder, die op dat moment uit Turkije over was en haar vergezelde zei ‘ja hoor, dat kunnen wij’. En zo werd de eerste deal gesloten.

Elifs moeder, voormalig apotheker, had in Turkije net een stichting opgericht om vrouwen met afstand tot de arbeidsmarkt te begeleiden naar betaald werk. Deze vrouwen, veelal ongeletterd, zijn arm, dragen de zorg voor het huishouden en hun gezin en soms is er sprake van huiselijk geweld. De vrouwen kunnen hier moeilijk aan ontsnappen, ze hebben niet gestudeerd en niet geleerd hoe ze zelfstandig geld kunnen verdienen. Maar wat ze wel geleerd hebben zijn vaardigheden om met de hand te werken, dat ging van moeder op dochter. In Florence ziet Elifs moeder een match voor de productie van 5000 tassen. Het blijkt een gouden greep, een win-win. Maar niet eenvoudig want het modesysteem is dwingend: er is heel weinig tijd voor ontwerp, het maken van samples, het organiseren van materialen, de productie en de oplevering van het eindproduct voor de consument.

Onder deze druk vertekt Elif drie dagen na haar huwelijk al naar Turkije. Tijdens deze “solo honeymoon” leert ze de vrouwen hoe ze de tassen voor Yves Saint Lorent moeten haken. Als de klus is geklaard zijn de vrouwen enthousiast, ze hebben voor het eerst een eigen inkomen, en Elif en haar moeder zien mogelijkheden voor een vervolg. Daarvoor keert Elif terug naar Florence en start haar studio Craafts. Ze geeft zichzelf één jaar de tijd om een klantenkring op te bouwen. Maar dat blijkt nog niet zo eenvoudig. ‘Denk maar niet dat toen ik Prada belde en zei dat ik handgemaakte accessoires maak, dat de deuren open gingen. De modewereld is, zeker in die tijd, een gesloten bastion’.

In dat jaar stort ze zich onder andere op de macramé techniek. Het is een techniek die veel wiskundige elementen in zich heeft, en ze specialiseert zich met instructieboeken en probeert letterlijk elk patroon uit. Ze experimenteert met materialen en kleuren en zo ontstaat een sample bibliotheek, alles nauwkeurig geordend en gecodeerd. Op dit moment bestaat haar bibliotheek uit zevenduizend unieke samples, macramé, haakwerk, kralenwerk, weven, breien, alles gemaakt van textiel, leer en grassoorten, zoals raffia. Deze bibliotheek blijkt later één van de sleutels tot succes.

Uiteindelijk lukt het via haar vriendennetwerk om binnen te komen bij de grote fashion brands, en met haar samples laat ze zien wat ze kan. “Het gaat er om dat mensen geïnspireerd raken, je moet de verbeelding van je klanten voeden”. Tegenwoordig trekt de samplebibliotheek designers van alle grote merken. De bibliotheek is niet alleen een candyshop van creativiteit en technisch vernuft, het fungeert ook als een communicatiemiddel. Blindelings weet Elif er haar weg in te vinden en met een paar grepen vindt ze de juiste samples om de verbeelding te prikkelen en de mogelijkheden te illustreren.

‘Weet je wat het probleem is, ik hou ervan om mijzelf uit te dagen. Ik bedenk het liefst onmogelijke dingen. Tijdens covid heb ik macramé schoenen ontworpen en geproduceerd voor Fendi, maar weet je hoe moeilijk dat was? Ze mochten niet gevoerd worden, waardoor er een probleem was om de schoenen in vorm te houden. Ik maakte tientallen samples om dat voor elkaar te krijgen. Daarnaast kostte het heel wat rekenwerk omdat elke maat een andere hoeveelheid macraméknopen heeft. En de dames waarmee ik werk hebben ’s ochtends een andere slag dan aan het einde van de dag; sowieso heeft iedereen een eigen hand van maken. Iets strakker of iets losser werken heeft direct gevolgen voor de maatvoering. Ik heb er wakker van gelegen, maar uiteindelijk zijn er tienduizend paar schoenen verkocht’.

Afgezien van de productieuitdaging is een business opzetten in de wereld van high-end mode geen sinecure. Je bent ‘ in or out’, aldus Elif: ‘ik draag alle risico’s en investeringen. Voor elke opdracht doe ik het ontwerp en zorg ook voor de technische uitwerking. Dat gaat van mallen maken tot talloze materiaalexperimenten. Soms heb ik dertig mensen nodig voor de productie en soms driehonderd. Nieuwe mensen moet ik eerst opleiden en anderen krijgen bijscholing voor specifieke skills. En dat alles in acht weken vanaf het moment dat ik de opdracht aanneem. Want in de twintig jaar dat ik nu bezig ben, is de fashion industrie veranderd van twee naar zes of meer collecties per jaar. De druk is waanzinnig hoog. Daarom leg ik mij de laatste tijd toe op interieurontwerp. Ik maak meubels van macramé, en ook enorme macramé kroonluchters voor bijzondere locaties. Mijn laatste ontwerpen zijn ledlampstrips bekleed met macramé waarin ik 5000 kralen verwerk. Ik verkoop ze onder mijn eigen naam, Ebihandmade’.

Op de vraag waar ze het meest trots op is in haar carrière antwoordt ze onmiddellijk: ‘op alle fantastische vrouwen waar ik mee werk. Het gaat om woman empowerment, we doen het met elkaar’.

Deze activiteit werd financieel mogelijk gemaakt door de World Crafts Council Europe, the Creative Europe Programme en Instituut GAK: