Meet the Maker: Jasmijn Taken

‘Mijn naam is Jasmijn Taken, ik ben in 2018 afgestudeerd als Fashion Designer aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht. De afgelopen twee jaar ben ik actief geweest als freelancer en werkte ik aan diverse projecten en collecties. Mijn laatste duurzame uniseks collectie genaamd ODE AAN OMA is een samenwerking met designers Mirte Luijmes en Debbie Jellema. Gordijnen, lappen textiel, wol, garens, vrijwel alles is hergebruikt en daarmee bestaat de collectie hoofdzakelijk uit gekregen en gerecyclede materialen. Geïnspireerd door onze oma’s en ambachten is de collectie ontstaan. Als collectief hebben we alle drie onze eigen inbreng binnen ODE AAN OMA, welke we hebben mogen showen tijdens het Fahion Clash Festival in Maastricht & tijdens EFP in Sarajevo – Bosnië.’

Waar ben je momenteel mee bezig? 

‘Na de eerste lockdown had ik het gevoel dat ik niks nieuws had ondernomen of geleerd en besloot dat te veranderen. Afgelopen zomer heb ik bijvoorbeeld een cursus Volendammerdasjes vlechten gevolgd bij de Amsterdamse Steek en ben ik mij meer gaan verdiepen in de verschillende ambachten zoals breien en weven. Het was inspirerend om van Loret Karman het verhaal en de geschiedenis achter de dasjes te horen en om deze techniek te ontdekken. Ook heb ik mij gestort op het vinden van een baan in de mode, iets wat in deze tijd erg lastig blijkt. Daarnaast onderzoek ik momenteel de mogelijkheden voor masteropleidingen gericht op ambachten en textiel.’

Wat maakt jouw beroep zo leuk? 

‘De creativiteit, het werken met mijn handen, de inspirerende mensen die ik ontmoet en iets kunnen vertellen met mijn werk! Er zijn zoveel verschillende onderdelen die dit vak zo leuk maken. Van jongs af aan wist ik al dat ik met mijn handen wilde werken, ik was daarom ook super enthousiast toen ik op mijn 15e aan de slag kon bij de mbo-opleiding Mode Maatkleding. Er ging een wereld voor mij open. Met name in de werkplaats met alle machines kon ik mijn geluk niet op. De verschillende technieken, tradities, textiel en het vakmanschap in outfits en collecties vind ik geweldig. Hoe patronen zijn opgebouwd, het gebruik van stof en kleur, hoe verschillende technieken karakter geven aan een kledingstuk en hoe elke cultuur haar eigen elementen en ‘regels’ heeft als het gaat om kleding ontwerpen, maken en dragen. Mijn reiservaring in Peru heeft me laten inzien hoe textiel verweven is in onze wereld en hoe belangrijk ambachten zijn voor mens en natuur.’

Waar haal je inspiratie vandaan? 

‘Ik haal inspiratie uit alledaagse dingen, maatschappelijke onderwerpen, natuur, culturen en nostalgie. Ik experimenteel graag met materialen, patronen en machines maar hecht hierbij ook waarde aan bestaande technieken en tradities. Daarbij werk ik zoveel mogelijk duurzaam en vind ik het leuk om samen te werken met gelijkgestemden. Oude vakantiefoto’s van onze oma’s hebben bijvoorbeeld geleid tot het maken van de ODE AAN OMA-collectie. De afstand die Mirte, Debbie en ik ervaarden tussen een oudere en jongere generatie was voor ons het startpunt van de collectie. Kennis van verschillende ambachten lijken langzaam verloren te gaan en door samen te werken met verschillende oma’s hebben we onze werelden samengebracht. Borduurprints waarbij bijvoorbeeld het smelten van de poolkappen of het ontbossen van de jungle worden afgebeeld en een gebreide broek met een ingebreide ‘plastic soep’ print. Maatschappelijke onderwerpen die nu erg spelen in onze wereld, gecombineerd met een ‘oude techniek’. Er zou meer waardering mogen zijn voor de kennis, technieken en ambachten van deze generatie, met name in de fast-fashion cultuur waarin we nu leven. ODE AAN OMA is een collectie die bestaat uit verschillende samenwerkingen om dit verhaal te vertellen en generaties samen te brengen.’

Wat zijn uitdagingen binnen jouw werk?

‘Het blijkt lastig om van mijn creatieve makerschap te kunnen leven. Tijdens mijn studietijd ben ik zo bezig geweest met mijn ontwikkeling als designer dat ik nooit heb stilgestaan bij de tijd na de academie. Mijn vader zegt wel eens dat ik niet zakelijk genoeg ben en daar heeft hij misschien wel gelijk in. Ik ben een maker en heb niet veel ervaring met het ondernemerschap. Ik merk ook dat deze kant van het vak mij helemaal niet ligt en ik het liefste bezig ben met wat ik graag doe en goed kan. Vandaar ook mijn interesse om mijzelf verder te ontwikkelen binnen een bedrijf of tijdens een masterstudie.’

Wat is je toekomstdroom? 

‘Mijn toekomstdroom is dat ik mijn hele leven creatief bezig kan blijven! Of dit binnen mode, textiel of een andere richting in de culturele sector is weet ik niet. Ik sta open voor allerlei scenario’s. Het belangrijkste vind ik, hoe cliché het ook klinkt, dat ik blij word van wat ik doe. In de ideale wereld zou ik nieuwe dingen blijven leren, inspirerende mensen ontmoeten, werken voor duurzame labels en meer van verschillende culturen zien.’

Hoe zie jij de positie van de maker in de toekomst? 

‘De kleding- en textielindustrie is een enorm vervuilde industrie. De huidige fast-fashion cultuur is iets wat mij erg bezighoudt en waar ik in de toekomst mijzelf en andere makers een belangrijke rol in zie spelen om dit te veranderen. Misschien wel mede door de huidige corona situatie lijken mensen zich bewuster te zijn van de impact die wij hebben op het milieu. Ondanks deze ontwikkeling blijft het enorm druk in de winkelstraten als de winkels open zijn. Rijen voor grote ketens doen mij afvragen waar onze massale koopdrang vandaan komt en waar de tijd is gebleven waarin we zuinig waren op onze kleding en waarde hechtten aan een bepaald item. Ik heb het geluk gehad dat mijn moeder vroeger veel kleding en textiel heeft bewaard en ben daarom opgegroeid met het idee dat een item een verhaal en een bepaalde tijdloosheid heeft. Iets wat ik nog steeds erg belangrijk vind! De snelheid waarmee nieuwe collecties worden geproduceerd, waarbij mensenrechten worden geschonden en de vervuilende impact op het milieu is bizar. Voor de toekomst hoop ik echt dat dit verandert en verwacht dat de positie van de maker een grote rol zal spelen in het creëren van bewustwording. Onder andere door alternatieve en creatieve oplossingen te laten zien. Een mooi voorbeeld hiervan vind ik Nederlands label ‘The Knitwit Stable’ waarvan ik onlangs een korte docu zag op televisie. Een boerderij en breiatelier met als slogan ‘From goat to garment’ waarin het hele proces inzichtelijk is. Ze staan net als ik voor een duurzamer productiemodel waarbij materiaal de waardering krijgt die het verdient!’

Wat kan Crafts Council Nederland voor jou doen? 

‘Sinds ik ben afgestudeerd merk ik hoe belangrijk een netwerk kan zijn voor je toekomst. Door het volgen van de cursus bij De Amsterdamse Steek ben ik in contact gekomen met Crafts Council. Een waardevolle connectie! In de toekomst hoop ik via Crafts Council meer van dit soort leuke contacten op te doen en wie weet wat daaruit voortkomt.’

Meer zien van Jasmijn? Bekijk haar Instagram.

Meer Meet the Maker? Klik hier. 

*Catwalk fotografie tijdens FASHIONCLASH door Adriana Pasarella